Mozes deel 10

Mozes zei dat tegen de farao, weet je dat nog? De 10^e plaag zou vreselijk worden. De ergste van allemaal. God zou alle oudste zonen van de mensen in Egypte doden. De oudste zoon van de timmerman, de oudste zoon van de bakker, van de slager, ja zelfs de oudste zoon van de farao, alle oudste zonen. Ook alle eerstgeboren dieren in de stallen zouden doodgaan. Vreselijk erg, maar het geduld van God was nu echt op.

Het volk van God kreeg die dag een speciale opdracht. Mozes zei: “God heeft gezegd dat jullie je moeten voorbereiden op de volgende dag. Dat is de dag dat God ons zal bevrijden uit Egypte. Jullie moeten klaarstaan om te vertrekken, dus houd je kleren en schoenen aan. Maar eerst moeten jullie met elkaar eten. Jullie moeten een maaltijd voor de Heer klaarmaken. Deze maaltijd zal vanaf nu de paasmaaltijd heten, het Pascha. Neem een lam, dat zal het paaslam zijn. Het vlees van het paaslam moet gebraden worden en jullie moeten ook ongezuurde broden maken. Vanaf nu moeten we elk jaar deze maaltijd houden. Dat heeft God gezegd. Het Pascha zal ons vanaf nu altijd herinneren aan de bevrijding uit Egypte.

En denk erom, jullie moeten ook met takjes wat bloed van het lam op de deurposten en op de balk boven de deuren smeren.” Dat is de opdracht van God, want vannacht zal een Engel door Egypte gaan en in ieder huis de oudste, dus de eerstgeborene uit elke familie doden. Niet alleen van de mensen, maar ook van de dieren. Als er bloed aan de deurposten is gesmeerd, dan zal de Engel aan het huis voorbij gaan. God heeft beloofd dat het bloed ervoor zorgt dat we veilig zijn, dat er in onze huizen niks ergs gebeurt”.

Wat een rare opdracht was dat, vind je ook niet? Bloed van een lammetje aan je deur smeren en door dat bloed zouden de mensen veilig zijn. Het was het bewijs, dat het paaslam was geslacht en dat ze goed hadden geluisterd. Dat was hun redding.

Wij weten nu dat dit wel heel erg lijkt op de dood en het bloed van de Here Jezus. De Here Jezus wordt in de Bijbel ook het Paaslam of het Lam van God genoemd. Het Lam dat werd geslacht voor de redding van de mensen. Zijn bloed zorgt voor redding en vrijheid en dat doet het nu vandaag ook nog voor jou en voor mij. Als je Hem gelooft en op Hem vertrouwt.

Maar goed, terug naar Mozes en het volk van God.

De mensen hadden goed geluisterd en deden alles precies zoals Mozes het had gezegd. Ze hadden het vlees gebraden, de broden gemaakt en het bloed van het lam aan de deur gesmeerd. Toen werd het donker en ze aten staande met elkaar het vlees en het brood. “Deze nacht wordt anders dan alle andere nachten”, zeiden ze tegen elkaar. “Deze nacht zal de Heer ons bevrijden uit Egypte. Dan zullen we eindelijk vrij zijn”. Na de maaltijd werd het stil in de huizen van de Israëlieten, maar ze gingen niet slapen. Ze wachtten in spanning af.

Toen, midden in de nacht, hoorden ze in de verte gehuil en geschreeuw. Het kwam uit de huizen van de Egyptenaren. De Israëlieten keken elkaar aan, de tiende plaag was gekomen. Wat vreselijk. Alle oudste zonen van de Egyptenaren werden gedood en ook de eerstgeboren dieren gingen dood. En ja, ook de oudste zoon van de farao werd gedood. Toen zei de farao eindelijk tegen Mozes en Aäron: “Ga weg, vertrek uit ons land. Neem alles maar mee en kom nooit meer terug”.

En daar gingen ze. Alle Israëlieten, het volk van God. 600 duizend mannen met hun vrouwen en kinderen. 430 jaar waren de Israëlieten in Egypte geweest. 430 jaar, dat is heel erg lang. En nu mochten ze eindelijk weg. Ze waren eindelijk vrij. Ze namen zoveel mogelijk spullen mee en natuurlijk ook alle schapen, geiten en koeien. Zo trokken ze achter elkaar de woestijn in. Ze waren niet bang, God was bij hen. God waakte over hen en Hij ging als een vuurkolom voor hen uit om licht te brengen op hun pad, zodat ze ook in de nacht konden reizen. Wat een vreemde, spannende en ook best enge avond was dit geweest. De mensen begrepen niet zo goed wat er allemaal was gebeurd, maar ze hadden op God vertrouwd. Dat is wat we uit dit verhaal kunnen leren. God redt zijn mensen en maakt ze vrij. Als je op God vertrouwt en in Hem gelooft, wil Hij jou ook vrij maken.